2020年3月23日
Eerder informeerden wij u al over de Wet compensatie transitievergoeding (hierna: de compensatieregeling), die per 1 april 2020 in werking zal treden. Inmiddels is het bijna zover en willen wij u er graag op attenderen dat al betaalde transitievergoedingen in het geval van langdurige arbeidsongeschiktheid onder voorwaarden bij het UWV kunnen worden teruggevraagd. Dit geldt ook met betrekking tot beëindigingen met wederzijds goedvinden.
In principe wordt de betaalde transitievergoeding gecompenseerd, maar hierop zijn enkele uitzonderingen gemaakt. Zo wordt maximaal de transitievergoeding gecompenseerd zoals deze gold op de eerste dag na 104-weken ziekte van de werknemer. Een eventueel hogere betaalde vergoeding omdat het dienstverband een tijd slapend is gehouden, komt voor rekening van de werkgever. Daarnaast wordt een betaalde vergoeding volgens de berekeningswijze uit 2019 alleen gecompenseerd volgens de berekeningswijze uit 2019 indien werkgever en werknemer vóór 1 januari 2020 overeenstemming hebben bereikt omtrent de beëindiging van het dienstverband. Ook kunnen eventuele transitie- of inzetbaarheidskosten in mindering worden gebracht op de aan de werkgever te betalen compensatie. In eerste instantie was een tweede maximum ingevoerd, ter hoogte van het bedrag van het tijdens ziekte aan de werknemer betaalde brutoloon. Dit tweede maximum zal echter (voorlopig) niet in werking treden.
Voor alle reeds betaalde transitievergoedingen vóór 1 april 2020 (de oude gevallen), geldt dat uiterlijk 1 oktober 2020 (dus binnen zes maanden) een aanvraag tot compensatie dient te worden ingediend. Hierna is dit niet langer mogelijk. Voor alle te betalen transitievergoedingen vanaf 1 april 2020 (“de nieuwe gevallen”), geldt eenzelfde maximale termijn van zes maanden na betaling van de (volledige) transitievergoeding tot het indienen van een verzoek tot compensatie. Als bepalend moment voor betaling is gekozen voor het moment waarop de transitievergoeding is afgeschreven van de rekening van de werkgever.
Het UWV stelt een (digitaal) formulier ter beschikking wat door werkgevers moet worden ingevuld. Daarnaast zullen verschillende gegevens door de werkgever moeten worden verstrekt om te kunnen bewijzen dat er recht op compensatie bestaat voor een reeds betaalde transitievergoeding. De volgende gegevens dient een werkgever aan het UWV te overleggen:
Bij een incomplete aanvraag wordt de werkgever in de gelegenheid gesteld de aanvraag aan te vullen. In de regel zal het UWV de werkgever hiervoor 14 dagen geven voor de nieuwe gevallen en 28 dagen voor de oude gevallen.
Het UWV dient te beslissen op de aanvragen binnen een redelijke termijn. In de regel zal deze termijn acht weken zijn voor de nieuwe gevallen en zes maanden voor de oude gevallen. Dit is anders indien u een werknemer in dienst heeft op 1 april 2020, waarmee het dienstverband vóór 1 april 2020 beëindigd had kunnen worden (omdat het opzegverbod toen al was vervallen). Ook in dat geval is een beslistermijn van zes maanden gerechtvaardigd.
Het is mogelijk dat aanvragen niet meteen op 1 april 2020 in behandeling zullen worden genomen, of de beslistermijn zal worden verlengd in verband met de huidige werkdruk bij het UWV rondom de coronacrisis. Hierover is echter nog niets bekend. Mochten er wijzigingen zijn met betrekking tot deze regeling of de beslistermijn, dan stellen wij u hier uiteraard van op de hoogte.
Tot slot kunnen wij u uiteraard voorzien van advies en hulp bij het terugvragen van een betaalde transitievergoeding in het geval van langdurige arbeidsongeschiktheid. Schroom niet om daartoe contact op te nemen met een van onze arbeidsrechtspecialisten.